Verantwoording
De ontwikkeling van Bij de les en de curriculumontwikkeling
Bij de les is vanuit de visie op het vak schriftonderwijs (Kooijman-Thomson, 2019-2025) en het daarin geformuleerde vakmodel ontwikkeld, mede naar aanleiding van de curriculumontwikkeling en onderzoek naar handschrift in het vo (Kooijman-Thomson, 2020). De inhoud en didactiek van Bij de les sluiten naadloos aan bij de geactualiseerde kerndoelen.
Curriculumontwikkeling
Tussen 2017 en 2019 formuleerden leraren en schoolleiders in het kader van ‘Curriculum.nu’, voorstellen voor de actualisatie van het curriculum. De door het ministerie van OCW verstrekte opdracht had als doel: komen tot een compact en eigentijds kerncurriculum met samenhang tussen de leergebieden in een doorlopende leerlijn (VO-raad et al., 2019). Tijdens het hele proces zijn voorstellen daartoe steeds en uitputtend voorgelegd aan representatieve groepen uit het onderwijsveld.
Basisvaardigheid
De inspectie voor het onderwijs focust vanaf 2023 op basisvaardigheden: de essentiële vaardigheden die nodig zijn om mee te kunnen doen in de samenleving. Daaronder vallen Nederlands, rekenen en wiskunde, digitale geletterdheid en burgerschap (Inspectie van het Onderwijs, z.d.).
Schriftonderwijs – hand- én typschrift – maakt deel uit van schrijven binnen het Leergebied Nederlands. De Jong et al. (2019) definiëren:
‘Schrijven verwijst zowel naar het stellen waarbij leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te produceren met verschillende communicatieve doelen, als naar de daarvoor benodigde schrifthandeling (handschrift en typschrift)’.
Bij de les
Schriftonderwijs maakt dus deel uit van de basisvaardigheden. Daarom is dit voor iedere leerling van belang.
Doorgaande lijn po-vo
Het nieuwe curriculum moet een heldere doorlopende leerlijn primair onderwijs (po) en voortgezet onderwijs(vo) realiseren (Curriculum.nu). Het Voorstel Leergebied Nederlands beveelt aan:
‘Zorg ervoor dat leerlingen bij wie de basiskennis en -vaardigheden voor lezen en schrijven onvoldoende geautomatiseerd zijn, (alsnog) de tijd, ruimte en begeleiding in po bovenbouw tot en met vo bovenbouw krijgen om deze basiskennis en -vaardigheden te verwerven en te automatiseren. Het is van belang dat dit náást, en niet in plaats van het reguliere curriculum Nederlands plaatsvindt, […]. (De Jong et al., 2019)’
Bij de les
Schriftonderwijs in po en vo moeten dus op elkaar aansluiten en achterstanden moeten waar nodig worden ingehaald, náást het reguliere curriculum. Daarom heeft Bij de les geen werkschrift, maar kunnen leerlingen van de internettoepassing die onderdelen kiezen die voor hen van belang zijn.
Onderwijs in samenhang
Om overladenheid van het programma te voorkomen, is in de curriculumontwikkeling en bij het opstellen van de kerndoelen gezocht naar samenhang tussen de inhouden en vaardigheden binnen een leergebied maar ook tussen de leergebieden onderling.
Bij de les
Leerlingen passen wat ze leren telkens toe bij andere vakken.
Kerndoelen
De belangrijkste kerndoelen voor schriftonderwijs zijn
♦ Doelgericht schrijven (doelgerichte communicatie), waarvoor een leesbaar hand- en typschrift nodig zijn op het niveau van de tekens, het schrift en de tekst.
♦ Schrijven om te leren, waarvoor een leesbaar hand- en typschrift nodig zijn op het niveau van de tekens, het schrift en de tekst (met een geautomatiseerd schriftproces).
Bij de les
De leesbaarheid van de tekens, het schrift en de tekst worden geleerd in hoofdstuk 2, 3 en 4.
Een geautomatiseerd schriftproces wordt geleerd in hoofdstuk 1.
Onderzoek in het vo
Leerlingen dienen op tempo lees- en leerbare aantekeningen te maken tijdens de les en bij studieteksten. Omdat leerstof beter wordt opgenomen door aantekeningen met de hand te schrijven, moet dat handschrift wel leesbaar zijn. Kooijman-Thomson (2020) formuleerde drie niveaus voor leesbaarheid: identificatie, regelmaat en orde (vergelijkbaar met het in de kerndoelen opgenomen onderscheid in letter-, schrift- en tekstniveau) en onderzocht de kennis en vaardigheid van leerlingen op dat terrein.
♦ Leerlingen bleken onvoldoende kennis van cijfers, kleine letters en hoofdletters te hebben (letterniveau).
♦ Leerlingen bleken de criteria voor regelmatig schrift onvoldoende te kennen (schriftniveau). Ze bleken wél in staat om hun handschrift snel aan te passen.
♦ Leerlingen bleken weinig orde in hun aantekeningen aan te brengen (tekstniveau).
♦ Zelf zeiden leerlingen een leesbaar handschrift belangrijk te vinden, en daar oefentijd voor nodig te hebben. Ook nieuw aan te leren schriftvaardigheden voor het maken van aantekeningen vonden zij belangrijk.
Bij de les
De drie niveaus van leesbaarheid (identificatie van de tekens, regelmatig schrift, ordelijke tekst) worden expliciet uitgelegd, getoond en geoefend.
Het onderzoek en de samenvatting kunt u hier lezen of downloaden.
Visie op het vak
Vanaf 2017 is een ‘Visie op het vak schriftonderwijs’ ontwikkeld ten behoeve van de Kennisbasis pabo. Sindsdien is deze visie frequent geactualiseerd naar aanleiding van de curriculumontwikkeling, de ontwikkelingen in het vak, gesprekken met collega’s daarover en eigen inzichten.
De visie bevat een praktijktheorie die de eigenheid van het vak schriftonderwijs beschrijft en onderbouwt.
De schrifthandeling wordt geanalyseerd en beschreven in de drie aspecten proces, vorm en materiaal. De praktijktheorie beschrijft bovendien de functies van schrift, de relatie met taal en andere vakken (communicatieve functie) en de relatie met het leren (intern-reflectieve functie).
Ook zijn de drie niveaus van leesbaarheid gedefinieerd en voorzien van beoordelingscriteria.
Bij de les
De leerling leert deze drie niveaus van leesbaarheid aan de hand van de beoordelingscriteria aan. De vaardigheden worden direct ingezet bij het leren.
De meest recente versie van Schriftonderwijs. Een visie op de kern van het vak kunt u lezen op en downloaden van www.cantal.nl
Het vakmodel
Parallel aan de ontwikkeling van de praktijktheorie is een vakmodel ontwikkeld. Kooijman-Thomson (2025) analyseert de schrifthandeling in drie aspecten, namelijk proces, vorm en materiaal:
‘Ieder die schrijft voert handelingen uit (proces),
om tekens en tekst met een bepaald uiterlijk (vorm),
via schrijfgereedschap op een drager te zetten (materiaal).’
Om te voldoen aan de kerndoelen, moeten leerlingen in elk van deze aspecten vaardig zijn.
Didactiek
Het schriftproces (waaronder houding, pengreep, bladligging) en de schriftvorm (met de drie niveaus van leesbaarheid: identificeerbare tekens, regelmatig schrift, ordelijke tekst) worden expliciet uitgelegd, getoond in illustraties en filmpjes en geoefend.
Daarnaast benoemen Prenger et al. (2024) ‘experimenteren met taal en op zoek [te] gaan naar hun eigen stijl en voorkeuren’ als kenmerk van het leergebied Nederlands waar schriftonderwijs deel van uitmaakt.
♦ Kerndoel 6 – Creatief taal gebruiken, specificeert dit voor po en vo: ‘daarbij gaat het om experimenteren met […] taalconventies en visuele vormen.’
♦ Kerndoel 14 – Talige identiteit, specificeert dit alleen voor vo: ‘experimenteren met het eigen talige repertoire in relatie tot publiek, doel en context.’
Bij de les
Leerlingen gebruiken onderzoekend leren en experimenteren zowel bij proces, bij vorm en bij materiaal om een repertoire op te bouwen van waaruit ze passende keuzes kunnen maken.
Proces
Door zelf systematisch te experimenteren en meer manieren van werken uit te proberen, krijgen leerlingen grip op wat voor hen het beste werkt in verschillende situaties (bijvoorbeeld hun houding op het meubilair in de klas en op dat in de collegezaal).
Vorm
Leerlingen experimenteren met de vorm van hun schrift: het lettertype, de lettergrootte, de regelmaat of juist het doorbreken daarvan en verschillende mogelijkheden voor de ordening van hun tekst. Door te experimenteren met de vorm komen zij tot een eigen repertoire dat zij passend in kunnen zetten bij hun doel, hun publiek en de situatie (doelgericht schrijven – doelgericht communiceren).
Materiaal
Leerlingen experimenteren systematisch met het benodigde materiaal. Door zelf met meer soorten pennen en met het toetsenbord te schrijven, komen leerlingen erachter in welke situatie zij het beste voor welk materiaal kunnen kiezen.
Bronnen
Inspectie van het Onderwijs. (z.d.). Standaard Basisvaardigheden nieuw in het onderzoekskader.
Standaard Basisvaardigheden nieuw in het onderzoekskader | De versterking van ons toezicht | Inspectie van het onderwijs
De Jong, J., Geerdink, A., Kastelein, S., Nagelmaeker, N., Otten, M., Pool, J., Raaijkmakers, G., Regeling, A., Rijks, L., Tuik, M., Van der Meulen, M., Van Schaik, N., Westra, S., & Wisse-Weldam, C. (2019, 10 oktober). Leergebied Nederlands. Voorstel voor de basis van herziening van de kerndoelen en eindtermen van de leraren en schoolleiders uit het ontwikkelteam Nederlands. Curriculum.nu.
https://www.curriculum.nu/downloads/
Curriculum.nu. 12 april 2018. Werkopdracht. Curriculum.nu.
Kooijman-Thomson, E. (mei 2020). Functioneel handschrift in het voortgezet onderwijs. Onderzoek naar welke schriftvaardigheden leerlingen in het voortgezet onderwijs moeten leren voor het maken van aantekeningen en berekeningen. Cantal.
www.cantal.nl
Kooijman-Thomson, E. (2025). Schriftonderwijs. Een visie op de kern van het vak. Cantal.
www.cantal.nl
VO-raad, PO-Raad, CNV onderwijs, Algemene Onderwijsbond (Aob), Federatie van Onderwijsvakorganisaties, Algemene Vereniging Schoolleiders, Landelijk Aktie Komite Sholieren en Ouders en Onderwijs, in samenwerking met SLO Nationaal Expertisecentrum Leerplanontwikkeling. (10 oktober 2019). Samen bouwen aan het primair en voortgezet onderwijs van morgen. Voorstellen curriculum.nu op hoofdlijnen. Curriculum.nu.
Voorstellen-op-hoofdlijnen-Curriculum.nu.pdf